Na een voorbereiding van ruim twee jaar wordt een nieuwe, landelijke en branchebrede thanatopraxie organisatie ingericht. Onder regie van het ministerie van VWS startten in april 2017 gesprekken om in kaart te brengen welke organisaties zich bezig houden met thanatopraxie. Geleidelijk ontstond een brede wens voor één landelijk kwaliteitsbewakende instelling, dat ook werd onderschreven door de overheid.
Het Ministerie van VWS bracht de beroepsgroep bijeen door te starten met gesprekken met diverse partijen uit de uitvaartzorgsector. Na het instellen van een drietal commissies werden er stappen gezet en kon als eerste succes de vaststelling van de eindexamentermen (kwaliteitseisen) voor thanatopraxie worden genoemd. Een tweede commissie werd ingesteld voor het geven van aanbevelingen die de organisatiestructuur schetst voor het bereiken van deze kwaliteit. Een centrale registerregistratie bij een landelijke beroepsinstelling is er een van. Daarbij wordt ook een aanbeveling gedaan voor de geldigheidsduur van een diploma of registerregistratie en worden de bekwaameisen gesteld voor registratieverlenging na ommekomst van de geldigheidsduur. De derde commissie werd belast met het ineenschuiven van de resultaten van eerste en tweede commissie om te komen tot een adequate nieuwe bedrijfsorganisatie. Nadat deze was geschetst, ging de beroepsgroep op zoek naar kandidaten voor dit nieuw bestuur. Vanuit de actieve branche werd Niels Schermel uit Amsterdam voorgedragen. Met zijn bedrijf is hij gespecialiseerd in post mortum zorg. De tweede kandidaat die een positie in dit nieuwe bestuur heeft aanvaard is Gert-Jan Kleinrensink (hoogleraar anatomie in het Erasmus MC Rotterdam). Deze nieuw toegetreden bestuursleden zullen onder de bestaande naam Nederlands Instituut voor Thanatopraxie (NIT) de organisatie verder inrichten. Een tweetal bestuursleden van het ‘oude’ NIT-bestuur, te weten George Maat en Hans Heikoop, treedt binnenkort af. Dit betekent dat van het oorspronkelijk driehoofdig NIT bestuur alleen Evert de Niet zijn positie behoudt. Het nieuw NIT-bestuur geeft vorm aan een eerste aanzet tot de zo gewenste branchebrede en landelijke kwaliteitsbewakende thanatopraxie instelling.