Samenvatting bestuursvergadering 9 december 2015

1. Opening
George opent de vergadering.

2. Informatie via telefonische verbinding met mw. J. Brouwers-Verstappen van Min. VWS
Opleidingseisen
Daarin neemt het ministerie het standpunt dat dit ter bepaling aan de beroepsgroep is.

Vergunningen voor gebruik vloeistoffen
Vergunningen moeten worden aangevraagd wanneer met formaldehyde of andere conserveringsstoffen wordt gewerkt, óf door de leverancier óf door de uitvoerder/verzorger. Op het moment dat een aanvraag binnenkomt wordt deze getoetst aan de eisen en wordt gekeken naar veilig gebruik. Met gebruik worden ook de werkomstandigheden bij mensen thuis bedoeld en de daaruit voortkomende risico’s voor de volksgezondheid. Op het moment dat een vergunning wordt afgegeven moeten ook de veiligheidseisen worden gehandhaafd. Mw. J. Brouwers-Verstappen heeft contact gelegd met mw. I. Scheijgrond van Inspectie Leefomgeving en Transport, die aangaf dat het aanvragen van een vergunning en het toezien op de handhaving van gebruik van biociden in 2016 in werking gesteld gaat worden. Zowel van het NIT als van Vesalius wordt t.b.v. de handhaving een namenlijst van alle thanatopracteurs gevraagd.

Advies VWS
Om de registratie, opleidingseisen, examens en een eventueel ondersteuningssubsidie ter realisatie onder de aandacht van de overheid te brengen is het zinvol dat het NIT een brief aan VWS stuurt. De brief dwingt dan weer VWS om te reageren.

Actie NIT
Het NIT schrijft een brief met dezelfde strekking als die van enkele jaren geleden, waar toen overigens geen reactie op kwam. Diverse rapporten worden bijgevoegd. De brief gaat een duidelijke uitleg verwoorden over het belang dat het NIT hecht aan de door het ministerie opgelegde en erkende opleidingseisen.

Reacties tijdens en na de telefonische uitwisseling met mw. Brouwers

  • De veiligheidseisen kunnen nu goed gekoppeld worden aan de opleidingseisen.
  • Het NIT examen moet worden uitgebreid met vragen m.b.t. balsemchemicaliën.
  • Een afspraak met Vesalius is in januari vastgelegd. Het bestuur ziet een gezamenlijk symposium als een mooi middel om de kennis te actualiseren.

 

3. Rondvraag/w.v.t.t.k.
Binnenkort worden de vergaderingen voor 2016 vastgelegd en ook aan de werkgroep meegedeeld, zodat zij haar activiteiten kan afstemmen op deze data.De werkgroep zoekt op basis van de vastgelegde taken en verantwoordelijkheden afstemming met het bestuur voor de concrete invulling. De taken en verantwoordelijkheden zijn als volgt vastgelegd:

4. Werkgroep / NIT 2.0

Het bestuur is verantwoordelijk voor:

  • Contacten met overheid op het gebied van wet, regelgeving en statistiek.
  • Opmaak statuten en benoemen/bewaken van de gedragscode
  • De examencommissie, die eisen stelt aan de opleiding, het examen afneemt, het diploma uitreikt, de eindtermen vaststelt en zorg draagt voor de borging.
  • Het beheer van de geregistreerde thanatopracteurs (financiële bijdrage en inloggegevens).
  • Beheer van eventuele contracten met sponsoren. Sponsorcontact door werkgroep moet vooraf kenbaar gemaakt worden aan het bestuur. Om daarmee zeggenschap van fabrikanten te voorkomen.

 

De werkgroep is verantwoordelijk voor:

  • Voorlichting (vakinhoudelijk en technisch) geven aan de NIT-geregistreerden en overige doelgroepen m.u.v. overheid
  • Organiseren van symposia of lezingen met specifieke onderwerpen
  • Vertegenwoordiging op diverse beurzen of andere informatiebijeenkomsten. Eventueel in combinatie met een bestuurslid omdat zowel vragen over de opleiding als vakinhoudelijk gesteld kunnen worden
  • Het ontwikkelen en up to date houden van de website. Het aanleveren van content aan bestuur.
  • Ondersteuning bij opstelling van het examen (indien examencommissie dat wenst).

 

De werkgroep wil haar gezicht laten zien en brengt de volgende gelegenheden voor 2016 in:

  • De uitvaartbeurs in 2016 in Gorcum
  • Presentaties op maat over thanatopraxie
  • Actualiseren gedragscode
  • Website en sponsoring
  • NIT symposium/expert meeting (gezamenlijk met Vesalius?)

 

De werkgroep maakt een beurs- en communicatieplan en het bestuur stemt met haar de financiële ruimte af voor de gewenste acties.